Het Gerechtshof in Den Bosch heeft op 3 december 2018 drie lezenswaardige uitspraken gedaan over een zogenaamde buitenkwekerij. Dat is een hennepkwekerij die niet binnen in een woning of bedrijfspand staat, maar buiten in de natuur. Wat voor straf legt de rechter op voor een buitenkwekerij?
Wat was er aan de hand?
Op 24 mei 2017 werd door een boswachter een grote hoeveelheid hennepplanten ontdekt in natuurgebied Slikken bij de Sabrina-Henricapolder. In overleg met de politie besloot men om de planten te laten staan en om een wildcamera op te hangen. Dit met als doel zicht te krijgen op de personen die betrokken waren bij de buitenkwekerij.
Op 14 juni 2017 kreeg de politie een foto binnen van de betreffende wildcamera. Te zien was dat een man in een blauw t-shirt op het pad liep dat toegang bood tot de hennepkwekerij. De politie ging direct naar de locatie en in de directe nabijheid trof men een man aan die schrok van de politie en in versnelde pas naar een geparkeerde auto liep. De man werd vervolgens staande gehouden, waarna hij mocht bellen met zijn vader. De politie hoorde dat de man aan de telefoon zei dat hij ‘bij de visstek’ was en door een boswachter was aangehouden.
Ongeveer een uur later was de politie nog ter plaatse. Men zag vervolgens dat er twee jongens op een brommer kwamen aanrijden. Kort hierop kreeg men wederom een melding van de wildcamera waarop één van de jongens in beeld was. De politie, die zich in de tussentijd had verstopt in de struiken, constateerde dat de jongens bezig waren met het plukken van de hennepplanten. De geplukte wietplanten van de buitenkwekerij werden vervolgens ergens anders verstopt onder het gras.
Achteraf bleken de jongens de (minderjarige) broers te zijn van de verdachte. Zij waren door hun vader naar de locatie gestuurd om daar de boel op te ruimen.
Hoe oordeelde de rechter?
In eerste aanleg werd de man die als eerste bij de kwekerij was ontdekt veroordeeld wegens het telen van ongeveer 190 hennepplanten. Hij kreeg daarvoor een werkstraf van 95 uur.
Hij ging vervolgens in hoger beroep. Zijn advocaat voerde aan dat er te weinig bewijs was om zijn betrokkenheid aan te tonen. De verdachte stelde zich namelijk op het standpunt dat hij in het natuurgebied was om te vissen. Het Gerechtshof ging daar niet in mee en kwam uiteindelijk tot een zwaardere straf voor de buitenkwekerij: 120 uur taakstraf en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 1 maand. Daarmee sloot het Gerechtshof aan bij de oriëntatiepunten van de rechtbanken. Daarbij werd nog de opmerking gemaakt dat er geen aanleiding was voor een lagere straf omdat de opbrengst van buitenhennepplanten doorgaans vele malen hoger is dan die van binnenhennepplanten. Ook had de verdachte volgens het hof nagelaten zijn verantwoordelijkheid te nemen door zijn betrokkenheid te ontkennen. Uitspraak.
De twee jongere broers van de hoofdverdachte moesten voor de kinderrechter verschijnen. Zij kregen daar elk een werkstraf van 40 uur, waarvan 20 uur voorwaardelijk. Daarnaast kwamen ze voor een jaar onder toezicht van de jeugdreclassering te staan.
Ook deze twee verdachten gingen in hoger beroep. Hun advocaat voerde aan dat de jongens moesten worden vrijgesproken omdat ze de hennepplanten juist wilde vernietigen in opdracht van hun vader. Het hof was het hier niet mee eens en kwam voor de buitenkwekerij tot dezelfde straf als de kinderrechter. Alleen het reclasseringstoezicht kwam te vervallen. Uitspraak 1 & Uitspraak 2.
Uit deze uitspraken kan worden afgeleid dat de straf voor een buitenkwekerij niet veel verschilt van de straf die wordt opgelegd voor een binnenkwekerij van vergelijkbare omvang.
Misschien ook interessant:
- Gemiddelde straf voor hennepkwekerij
- Het legaliseren van hennep in Nederland
- Rechtbank Groningen: geen straf voor hennep kweken.